Staatssecretaris Wiebes heeft het besluit over de investeringsaftrek geactualiseerd. Nieuwe versoepelingen ten opzichte van het besluit uit 2009 zien op milieuvriendelijke voertuigen, bedrijfsmiddelen die niet eerder op de energie- of milieulijst stonden, vervanging van asbesthoudende daken en op gevallen waarin niet tijdig is gekozen voor kleinschaligheidsinvesteringsaftrek.

De nieuwe versoepelingen, deels gebaseerd op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht en deels op artikel 63 Algemene wet inzake rijksbelastingen, betreffen de volgende onderwerpen:

Milieuvriendelijke voertuigen eerder gebruikt?

Voor milieuvriendelijke voertuigen die op de milieulijst staan, geldt dat deze als niet eerder gebruikt bedrijfsmiddel mogen worden aangemerkt als deze voldoen aan de vereisten voor nieuwe vervoermiddelen (landvoertuigen), zoals opgenomen in artikel 2a, eerste lid, onderdeel f, van de Wet op de omzetbelasting 1968. Dat komt neer op maximaal zes maanden na eerste ingebruikneming of ten hoogste 6000 kilometer.

Bedrijfsmiddelen die nog niet op de energie- of milieulijst stonden

Als sprake is van de ontwikkeling van een bedrijfsmiddel binnen het eigen bedrijf dat, op het moment dat de ondernemer er in heeft geïnvesteerd, niet, maar later wel op de lijst is opgenomen, kan een verzoek om een goedkeuring worden gedaan. Een dergelijk verzoek moet worden gedaan binnen dezelfde termijn die geldt voor ambtshalve vermindering en wordt gericht aan Belastingdienst/Directie Vaktechniek Belastingen/Cluster Vpb-IBwinst, Postbus 20201, 2500 EE Den Haag.

Asbesthoudende daken

Met ingang van 1 januari 2014 mag onder onderstaande voorwaarde de vervanging van asbesthoudende daken, dakgoten of gevels (milieulijst 2014 nummers F6390, C6400) voor de investeringsaftrek als investering worden aangemerkt. Er hoeft dus geen onderscheid te worden gemaakt tussen onderhoud en verbetering. De totale uitgave mag als investering worden aangemerkt. Dat betekent dat niet alleen MIA kan worden verkregen maar – als aan de voorwaarden daarvoor wordt voldaan – ook KIA.

De voorwaarde luidt dat de belastingplichtige die gebruik maakt van de goedkeuring ook in zijn winstbepaling rekening moet houden met het feit dat de dakvervanging is aangemerkt als investering. De onderhoudscomponent mag dus niet ineens als kosten in mindering worden gebracht bij het bepalen van de winst, maar moet ook als investering worden behandeld. Op investeringen wordt afgeschreven, mogelijk kan de belastingplichtige gebruik maken van de Vamil.

Verzuim om voor kleinschaligheidsinvesteringsaftrek te kiezen

Het komt voor dat aan alle voorwaarden voor de toepassing van de kleinschaligheids-, energie- of milieu-investeringsaftrek wordt voldaan, maar dat is verzuimd een keuze daarvoor te maken bij de aangifte. De reeds bestaande versoepeling voor de energie- en milieu-investeringsaftrek wordt nu vereenvoudigd en uitgebreid met de kleinschaligheidsinvesteringsaftrek. De belastingplichtige die verzuimd heeft voor investeringsaftrek te kiezen kan daardoor bij de aangifte alsnog de inspecteur verzoeken om ambtshalve vermindering. Dat betekent dat binnen vijf jaren alsnog een verzoek om KIA, EIA of MIA kan worden gedaan. Daarbij geldt dat de termijn aanvangt na het einde van het jaar waarin de investeringsaftrek in aanmerking had kunnen worden genomen, ook al vond de investering in een eerder jaar plaats.